DEN BOSCH / EINDHOVEN - De rechtbank Oost-Brabant heeft een 36-jarige man uit ’s-Hertogenbosch veroordeeld tot een gevangenisstraf van 8 jaar. Hij stak de ex-partner van zijn vriendin dood.

De verdachte ging in april 2020 samen met zijn vriendin naar de woning van haar ex-vriend in Eindhoven. Volgens eigen zeggen wilde de verdachte met de man gaan praten. Ze troffen elkaar vóór de woning. Daar ontstond een worsteling, waarbij de verdachte een mes uit zijn jaszak haalde en de man één keer in zijn hart stak. Het slachtoffer kwam daardoor te overlijden.

Volgens de verdachte was het niet zijn bedoeling om het slachtoffer dood te steken en wilde hij zich alleen verdedigen. De man zou pepperspray in zijn gezicht hebben gespoten en met een vuurwapen hebben gedreigd. Toen hij bijna niets meer zag en werd geschopt en geslagen zou hij een stekende beweging met het mes hebben gemaakt. De verdediging stelt daarom dat er sprake was van zelfverdediging en dat de verdachte moet worden ontslagen van alle rechtsvervolging.

Geen noodweer
Uit onderzoek blijkt dat het slachtoffer bij de confrontatie inderdaad pepperspray en een balletjespistool bij zich had. De rechtbank gaat er op basis van de bewijsmiddelen vanuit dat het slachtoffer met dit wapen twee keer in de richting van de verdachte heeft geschoten. Dit moet zijn gebeurd toen de man bij zijn voordeur stond en de verdachte nog bij het trappenhuis was. Ook blijkt dat de man pepperspray heeft gespoten richting de verdachte. De rechtbank gelooft echter niet dat zoveel pepperspray is gebruikt dat de verdachte bijna niets meer kon zien. Hiervoor is geen bewijs.

Dit alles maakt dat er geen sprake was van een noodweersituatie. De verdachte stond namelijk in de deuropening van het trappenhuis toen er werd geschoten en hij kon en had zich toen moeten onttrekken aan de situatie. De verdachte koos er echter voor naar het slachtoffer toe te lopen en zocht dus de confrontatie op. Dit strookt ook met de verklaring van de vriendin die zei dat de verdachte direct nadat hij werd beschoten, op het slachtoffer is gesprongen en toen heeft gestoken.

Brute daad
De verdachte beëindigde het leven van het slachtoffer op brute wijze. Hiermee bracht hij de nabestaanden onherstelbaar leed toe. Voor hen is het overlijden van hun zoon en broer moeilijk te verwerken en te aanvaarden. Dit alles rekent de rechtbank de verdachte zeer zwaar aan. Bij het bepalen van de straf kijkt de rechtbank verder naar vergelijkbare zaken. Al met al vindt de rechtbank een celstraf van 8 jaar op zijn plaats. Daarnaast moet hij de nabestaanden schadevergoedingen betalen van in totaal 36.794 euro.