EINDHOVEN - Op verdenking van het op grote schaal verkopen en afleveren van harddrugs en het verrichten van voorbereidingshandelingen voor de productie van synthetische drugs, heeft het Landelijk Parket vandaag een gevangenisstraf van 5 jaar en geldboete van 30.000 euro geëist. In het verdachtenbankje van de rechtbank Oost-Brabant zat een 38-jarige man uit Eindhoven.

Start onderzoek

Het Landelijk Parket is op 10 maart 2022 strafrechtelijk onderzoek, getiteld ‘Taunton’, gestart, naar aanleiding van Encrochat data. Daaruit bleek dat verdachte met, niet nader geïdentificeerde, anderen via Encrochat in contact stond over strafbare feiten. Het betrof communicatie over onder meer de aankoop, levering, productie en/of het vervoer van onder meer APAAN, BMK, methamfetamine en cocaïne.

Initiërende en sturende rol

“Encrochat-data hebben aangetoond dat verdachte erg goed is ingevoerd in het criminele milieu”, aldus de officier van justitie vandaag ter zitting: “De verdachte had een dagtaak aan zijn handel en had daarbij een initiërende en sturende rol.”

Volgens het OM zijn de hoeveelheden APAAN die verdachte aankocht en ook de daarmee geproduceerde hoeveelheden BMK erg omvangrijk. Hij toont zich bovendien een frequent verkoper van een breed spectrum aan harddrugs: methamfetamine, cocaïne, MDMA en XTC-pillen.

“Onverbeterlijk”

Het is niet voor het eerst dat de verdachte in aanraking is gekomen met justitie. Hij werd in november 2020 veroordeeld voor het op 2 maart 2020 witwassen van 100.000 euro. De veroordeling luidde onder meer: 9 maanden gevangenisstraf, een geldboete van 10.000 euro en onttrekking aan het verkeer van PGP-telefoons.

Naar de visie van het OM heeft verdachte zich “onverbeterlijk” getoond: “Kort na die aanhouding in 2020, voor het bezit en de overdracht van een ton in euro’s uit misdrijf verkregen geld, is hij onverdroten doorgegaan met misdrijven die heel veel geld genereren.”

Het bedrag van de geldboete die vandaag geëist is, is om die reden driemaal hoger: “De eerder opgelegde geldboete heeft verdachte kennelijk onvoldoende afgeschrikt”, stelde de officier van justitie. “Voor verdachte was deze manier van geld verdienen een ‘way of life’. Hij voorzag met deze lucratieve bezigheid in zijn levensonderhoud. Reden om het hem ook in zijn portemonnee te laten voelen.”

Omdat onvoldoende is gebleken hoeveel wederrechtelijk verkregen vermogen verdachte met zijn handelen verdiend heeft, heeft het OM geen ontnemingsvordering aangekondigd.

Vervolg

De inhoudelijke behandeling van de strafzaak is na het requisitoir vervolgd met het pleidooi van de verdediging.

De rechtbank doet uitspraak op 18 oktober om 13:30 uur.